| 
  • If you are citizen of an European Union member nation, you may not use this service unless you are at least 16 years old.

  • You already know Dokkio is an AI-powered assistant to organize & manage your digital files & messages. Very soon, Dokkio will support Outlook as well as One Drive. Check it out today!

View
 

Aanvullende vragen

Page history last edited by PBworks 8 years, 2 months ago

 

Aanvullend zou je ook deze gespreksvragen kunnen gebruiken:

 

  • Wat mag je allemaal?
  • Wat mag je niet? (regels, afspraken, verbodsborden)
  • Wat moet je allemaal? (regels, plichten, afspraken. Thuis, op school, in je omgeving)
  • Wat gebeurt er als er geen regels zijn?
  • Wat gebeurt er als er teveel regels zijn?
  • Wat zijn rechten?
  • Hebben kinderen rechten?
  • Heb jij ook rechten? Noem eens voorbeelden. (eigen mening, veiligheid, liefde, bescherming, vrijheid..?)
  • Waar zouden volwassenen uit jouw omgeving voor moeten zorgen?
  • Waar moeten de bestuurders van jouw dorp of stad voor zorgen?
  • Waar moet een regering voor zorgen?
  • Wanneer was jij heel gelukkig?
  • Waarmee was jij heel gelukkig?
  • Wat heb jij nodig om gelukkig te zijn?
  • Wat is het verschil tussen graag hebben of noodzaak? Noem voorbeelden.
  • Noem eens verschillen: Wat is voor jou noodzaak of luxe? En voor een kind in een land met veel armoede?
  • Wat is voor jou een basisbehoefte?
  • Welke rechten zijn eerlijk en rechtvaardig voor ieder kind? Verzamel er een aantal.
  • Je kunt ook stemmen: Een leerling noemt een recht en legt uit waarom dit als recht belangrijk is. Geef argumenten. Je kunt er een spel van maken, met drie vakken waarin kinderen kunnen gaan staan na het noemen van een recht: Ben je voor of tegen? Of weet je het niet? 

  • Over welke rechten is iedereen het eens?
  • Vind jij dat je gelijke rechten hebt als een volwassene?
  • Wat kun je doen als je onrechtvaardig behandeld wordt?
  • Zou je iemand anders zijn als je:
    • in een ander land geboren was? 

    • niet zou kunnen lezen en schrijven?

    • je een andere naam zou hebben?

    • je niet bij je familie zou wonen? 

  • Mogen kinderen werken?

  • Hoe oud moet je zijn om te werken?

  • Welk werk mogen kinderen wel en niet doen?

  • Krijg jij betaald voor werk? Vind je dat goed/niet goed?

  • Mogen kinderen het geld dat ze verdienen houden of moeten ze het aan hun ouders geven?

  • Zou je graag geld verdienen?

  • Wat doe je liever: werken of spelen?

  • Wat zou jij liever doen: werken of naar school gaan?

  • Als je zou mogen kiezen: thuis blijven zonder te werken of naar school gaan..?

  • Rekenen, taal en al die andere vakken op school; is dat werken?

  • Wat is het verschil tussen werken en helpen? 

 

Oefening over veiligheid:

 

Je veilig voelen.

 

Veiligheid kan heel groot en ver weg zijn; denk maar eens aan het verschil tussen een wereld in oorlog of een wereld in vrede.

Maar veiligheid kan ook heel dichtbij zijn ..... 

Het thema 'veiligheid’ is heel geschikt om met elkaar te verkennen: Wanneer is een situatie nou super-veilig? En dan nemen we iets wat alle kinderen herkennen: bv. het kruispunt bij de school. Wordt dat veiliger als er bv. camera's staan? Of is het beter er een klaar-over neer te zetten? Je kunt dan met elkaar op zoek naar criteria voor veiligheid en met elkaar onderzoeken of meer controle ook meer veiligheid betekent (in het groot is dat natuurlijk een dilemma waar de politiek steeds opnieuw een goede weg in probeert te vinden).

 

Geleide fantasie

Docenten kunnen deze oefening bijvoorbeeld op deze manier begeleiden: 

'Zorg dat je allemaal goed zit. We gaan eens onderzoeken hoe de plek eruit ziet waar jij je veilig voelt? 

Na de oefening (die hieronder beschreven staat) kun je een tekening van de plek waar jij je veilig voelt maken. 

Na het tekenen kunnen jullie een gesprekje voeren: 
 

  • laat de leerlingen in tweetallen de tekeningen bespreken en er iets over vertellen. En koppel enkele verhalen terug in de groep. Docent verzamelt op het bord: een veilig plek is…. warm, geborgen etc.
  • in viertallen bespreken en samen maak je de zin af: een veilige plek is……..

 

Onderstaande vragen kun je als docent in je achterhoofd houden tijdens het bespreken met je leerlingen: 

• Wanneer voel jij je helemaal veilig?

• Waar voel je je veilig?

• Wat maakt dat je je veilig en beschermd voelt? 

• En wanneer niet?

 

Begeleiden van een geleide fantasie:
 

  • Leg alles voor het tekenen klaar zodat kinderen meteen hun beeld kunnen tekenen

 

“Ga allemaal lekker zitten op je stoel met twee voeten op de grond en sluit je ogen. Adem een paar keer rustig in en uit. Dan neem ik je mee op reis. In je hoofd zit een klein liftje waar je in kunt stappen en dat liftje gaat langzaam naar beneden. Langs je neus, mond, keel, borst, zwaai maar even naar je hart, dan in je buik, linker bovenbeen, knie, kuit en voet. En dan gaat ie weer even omhoog naar je buik om ook door je rechterbeen, knie, en onderbeen te gaan. Kijk eens of je je voeten kunt voelen op de grond en misschien kun je zelf voelen dat je voeten de binnenkant van je schoen aanraken. 

Nu gaan we naar een plek waar jij je veilig voelt en jezelf kunt zijn. Kijk eens of er een beeld naar voren komt. Neem daar rustig de tijd voor. Hoe ziet die plek waar jij je veilig voelt eruit? Wat zie je als je om je heen kijkt? 

Hoe voelt die plek? Lig je op zachte dingen? Voel je een zacht briesje of is er juist veel ruimte?

Hoe ruikt het daar? Staat er ook ergens eten en wat eet drink je daar? En hoor je misschien iets, muziek of vogels of iets anders? En ben je er iets aan het doen? Of lig je lekker te liggen?

Als je zo je beeld voor je ziet dan neem je het beeld even goed in je op en vervolgens stappen we weer in het liftje en gaan we weer terug naar de klas. We gaan weer langzaam omhoog in het liftje, via je benen, je buik en borst kom je weer in je hoofd en als je klaar bent dan kun je je ogen weer open doen en je even uitrekken. 

En teken je beeld".

 

 

Comments (0)

You don't have permission to comment on this page.